Tekeningen vol intense weemoed en eenzaamheid
Sommige trivia valt het lot toe
dat ze door de mensen die ervoor hebben doorgeleerd tot kunst worden uitgeroepen, maar
zover is het met strips nog niet. "Ik weet niet of wat ik maak kunst is", zei de
Franse striptekenaar Loustal bij de opening van een expositie van zijn werk bij Galerie
Lambiek in Amsterdam. De expositie duurt tot eind maart.
Loustal is eigenlijk architect, maar verdient zijn brood als tekenaar.
Hij maakt strips, illustraties, affiches en zeefdrukken. "En omdat mijn stijl
momenteel erg in trek is, heb ik nu ook veel werk in de reclame."
Als populair massamedium is de strip nooit erg serieus genomen. Maar nu
de verkoopcijfers stagneren en veel strips meer een elitair karakter krijgen, hebben
sommige striphandelaren alvast een voorschot genomen op een brede artistieke erkenning van
het medium door hun winkel "galerie" te noemen.
Kees Kousemaker, eigenaar van de stripwinkel/galerie Lambiek: "De
meeste stripwinkeliers hebben eigenlijk geen hol verstand van kunst. Ze noemen zich
galerie, omdat ze ook posters verkopen. Panda in Den Haag is begonnen met het inlijsten
van stripplaatjes, uit Kuifje bijvoorbeeld. Daarvoor waren die plaatjes natuurlijk nooit
bedoeld. De tekeningen moesten met z 'n allen een verhaal vertellen en waren niet bestemd
om afzonderlijk als kunst aan een muur te hangen.
"Vroeger was strips maken iets ambachtelijks. Nu zijn er
kunstenaars die schilder zouden zijn geworden, maar die op grond van hun jeugdliefde
strips maken. Die strips zou je kunststrips kunnen noemen, als genre, zoals ook
avonturenstrips een genre zijn."
Kousemaker probeert met zijn galerie de mening te weerleggen van mensen
die denken dat de stripwereld één groot smurfenland is. "Onder de grootste
beeldende kunstenaars van deze tijd zijn ook striptekenaars. Daarmee bedoel ik niet alleen
degenen die de kunstrichting in de strip vertegenwoordigen, zoals Pascal Dourie, Marc
Beyer, Ceesepe of Ever Meulen, maar ook tekenaars die niets pretendeerden, zoals André
Franquin, Carl Barks, Caniff, of Crumb. En dan ben ik pas bij de C."
Als stijl was de strip al lang geleden doorgedrongen tot de beeldende
kunst. Kousemaker: "Maar dat was louter exploitatie. Iemand als Liechtenstein
gebruikt een stripplaatje, zonder enige achting voor degene die het gemaakt heeft. Ik
probeer vanuit de strip dingen te presenteren die wel autonoom aan de muur kunnen hangen.
Werk van kunstenaars die ook strips maken of gemaakt hebben. Zoals nu Loustal."
Tegelijk met de opening van Loustals expositie bij Lambiek, bracht Het
Raadsel Daglicht uit, het vierde boek van Loustal dat in Nederland is verschenen.
De eerste twee boeken waren strips op een scenario van Paringaux: Woestijnkoorts (1985)
en Besame mucho (1987), beide uitgegeven bij Casterman. In 1988 verscheen
bij Arboris een vertaling van de door Loustal uitgebreid geïllustreerde roman De W van
wraak, van Tito Topin.
De in 1955 geboren Jacques de Loustal heeft voor zijn civiele
dienstplicht een aantal jaren in Marokko doorgebracht. Het harde Noordafrikaanse licht, de
melancholieke sfeer van de mondaine badplaatsen buiten het seizoen en de vergane glorie
van het Franskoloniale verleden hebben zijn werk sterk beïnvloed. Zijn strips zijn
trage, weemoedige verhalen van onvervuld verlangen en ongelukkige liefde, die zich deels
of geheel afspelen in het Noord-Afrika van 1930-1960.
Daglicht bevat een uitgebreid overzicht van Loustals overige werk:
zeefdrukken, tekeningen, portfolio's, illustraties voor bladen als Cosmopolitan en
tijdschriften voor popmuziek. Ook hierin grijpt Loustal veel terug naar de mode,
vormgeving en clichés uit de jaren dertig en vijftig.
De manier waarop hij dit doet geeft ook deze tekeningen een sfeer van
intense weemoed en eenzaamheid. Hij schept afstand zowel naar het verleden als naar het
heden, waardoor de toeschouwer in een soort vacuüm raakt. Alles is voorgoed verstild.
Luxe strandhotels en bioscopen uit het verleden liggen te blakeren in het zinderende,
meedogenloze licht van de zon, dat het pleisterwerk laat wegkruimelen, verf doet
afbladderen en de vergankelijkheid van de dingen blootlegt. Sfeer en vormgeving zijn
soms verwant aan films van Wim Wenders en schilderijen van Hopper.
De strip dus toch als kunst? Loustal: "In Frankrijk wordt het
jaarlijkse stripfestival in Angoulème geopend door de minister van Cultuur. Mijn werk is
geëxposeerd in musea, ook in het buitenland. Maar een tijdje geleden is mijn expositie in
een kunstgalerie geflopt. Men stoorde zich aan de lijnen. Ik werk als een striptekenaar,
met zwart omlijnde contouren. Dat hoorde niet, vond men, het was daardoor te veel
illustratie."
Volkskrant 11-02-1989
WILLEM VAN HELDEN
|